De rechter heeft met het Kerstarrest gesproken: de bezwaren tegen de spaartaksaanslagen 2017-2020 zijn gegrond. Maar wanneer ziet u er iets van? De eerste stap is gezet: op de laatste dag van de wettelijke termijn van 6 weken heeft de belastingdienst op 4 februari 2022 bij collectieve uitspraak op het massaal de bezwaren gegrond verklaard. Die uitspraak was kort en zegt niets over hoe de beslissing van de rechter wordt uitgevoerd en wie een vermindering van de aanslag tegemoet kunnen zien.

Na debatten in de Tweede Kamer commissie in april en mei 2022 heeft de staatssecretaris in een brief aan de Tweede Kamer van 28 april 2022 uiteengezet hoe de operatie-rechtsherstel gaat verlopen. Het spaartaksinkomen wordt opnieuw berekend op basis van de werkelijke spaartegoeden, beleggingen en schulden. Voor die berekening wordt voor beleggingen en schulden met een nieuw forfait gewerkt, dat is gebaseerd op de actuele stand van de spaarrente en de hypotheekrente in het belastingjaar. Als dit lager uitvalt dan het box 3 inkomen van de aanslag, wordt de belasting over het lagere inkomen berekend. Op 30 juni 2022 is het Besluit rechtsherstel box 3 van kracht geworden waarin de regels voor de hersteloperatie zijn vastgelegd.

Voor de deelnemers aan het massaal bezwaar is het herstel gestart op 1 juli 2022. Het moet vóór 4 augustus 2022 zijn afgerond.

Na 1 augustus 2022 komen fasegewijs andere spaartaksbetalers aan de beurt dan de massaal bezwaarmakers. In augustus wordt begonnen met de vaststelling van de aanslagen 2021 met spaartaks, vanaf medio september worden de aanslagen herberekend die op 24 december 2021 nog niet definitief vaststonden en vanaf medio oktober worden de aanslagen afgehandeld voor de jaren 2017-2020 die nog niet zijn opgelegd. De spaartaks 2022 wordt verrekend met de definitieve aanslag in 2023. Al opgelegde voorlopige aanslagen 2022 met spaartaks hoeven niet te worden betaald.

Als de regering in september mocht besluiten dat de niet-bezwaarmakers ook geheel of gedeeltelijk rechtsherstel krijgen, komen zij aan de beurt vanaf 1 november. De Hoge Raad heeft op 22 mei 2022 beslist dat de rechter aan de niet-bezwaarmakers geen rechtsherstel mag geven, omdat de wet deze bevoegdheid aan de minister heeft gegeven. Of de minister zijn bevoegdheid gaat gebruiken, horen we op Prinsjesdag.